Alles komt goed

Alles komt goed

Het was gisteren precies vier weken en drie dagen geleden dat de man overleden was. Toen hij die ochtend opstond, begon de dag als elke andere gewone dag. De man ging naar beneden, zette een kopje koffie voor zichzelf en een grote pot thee voor de vrouw. Daarna deed hij de tv aan en keek naar het ochtendjournaal. Normaliter zou hij de vrouw een kopje thee op bed brengen – dat deed hij al twintig jaar – maar dit keer was de vrouw ook heel vroeg wakker. Wat heet: ze had nauwelijks geslapen, want de wetenschap dat dit de laatste ochtend, de laatste dag van hun leven samen was, had haar wakker gehouden.

Ze kroop tegen de man op de bank aan en hij sloeg zijn armen om haar heen. Alles voelde even onwerkelijk, even surrealistisch. ‘Ik ben mezelf de hele tijd aan het knijpen, in de hoop dat ik wakker word,’ zei ze tegen de man. Ze probeerde niet te huilen, omdat ze wist dat haar verdriet moeilijk voor hem was, maar haar keel was dik en er ontsnapte toch een traan. Hij veegde hem liefdevol weg. ‘Ik kan me geen leven zonder jou voorstellen,’ zei ze. ‘Ik kan me niet indenken dat…’ Hier stokte ze.
‘Het komt wel goed,’ zei hij. ‘Alles komt goed.’
De vrouw drukte haar gezicht in zijn hals en snuffelde aan hem. Ze vond altijd dat hij lekker rook. Dat hij zo heerlijk warm aanvoelde. Haar gedachten gingen terug naar haar vorige verjaardag. Als ze had geweten dat de man er nog maar een jaar zou zijn, had de vrouw hem elke dag geknuffeld. Vastgehouden. Dan had ze hem verteld hoeveel ze van hem hield. Maar de vrouw wist het niet, dus deed ze gewoon tegen hem, zoals ze altijd deed. Ze zei dingen als: wil je een kopje koffie, lieverd? Of ze zei: ‘Heb je je medicijnen al ingenomen?’ Of ze kocht appelflappen voor hem. Van de Plus – die van de Plus vond hij het lekkerst.

Terwijl ze hem zo vasthield, dacht ze: ik kan me niet indenken dat het voorbij is. Voor mijn gevoel stonden we nog steeds aan het begin van een groots avontuur. Waarom ze dat dacht, na 27 jaar samen, kon ze niet zo goed uitleggen. Zo voelde ze dat nou eenmaal.

Dat alles was vier weken en drie dagen geleden. In die vier weken en drie dagen ging ze regelmatig kopje onder, maar telkens kwam ze boven water om naar adem te happen. Soms keek ze naar oude foto’s en dacht ze: ik heb twee keer afscheid genomen. Eerst van hem. Toen van zijn leven.

Ze zag laatst zijn kam in de badkamer liggen. Die kam had hij die ochtend voor het laatst gebruikt. Nadat ze uitgeknuffeld waren, ging hij douchen. Hij ging zich scheren, waste zijn haar. Hij maakte nota bene het bed – waar hij die avond niet meer in zou slapen – keurig op. ‘Dat was wel een vreemde gedachte,’ zei hij daarna tegen de vrouw, en ze pakte zijn hand. Wat er zou gaan gebeuren was zó overweldigend, het was niet te bevatten.

In haar hoofd sprak hij nog veel tegen haar, de man. ‘Vergeet in godsnaam niet nieuwe banden onder die auto te laten zetten. Dat profiel is gevaarlijk glad aan het worden,’ zei hij bijvoorbeeld.
‘Ja, dat zal ik doen,’ zei de vrouw.
Maar op de een of andere manier vergat ze het steeds, en dan zei de man later: ‘Heb je nou nog steeds geen nieuwe banden laten zetten?’
Hij klonk dan licht ontstemd, verbijsterd over zoveel nonchalance.

De vrouw dacht vaak na over haar toekomst. Het huis waarin ze samen hadden gewoond voelde te groot, te stil. Alles in haar riep dat ze verder moest, maar waarheen wist ze niet. Ze ruimde wat op, schoof met dozen, liet spullen door haar handen gaan.
‘Wat heb je het toch druk,’ zei de man, alweer in haar hoofd.
In gedachten zag ze hem in de hoek van de kamer zitten. Hij liet de krant zakken en keek haar bezorgd aan.
‘Klopt,’ zei de vrouw. ‘Ik heb een nieuw leven, maar ik heb geen idee wat ik ermee aan moet.’
Van boven zijn krant glimlachte de man.
‘Het komt wel goed,’ zei hij. ‘Alles komt goed.’
En voor het eerst in vier weken en drie dagen geloofde ze hem.
Bijna.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Archieven

Website laten maken?

De Rebelse Huisvrouw