‘Dag mam, met mij.’
‘Hee lieverd. Fijn om je stem te horen. Hoe is het met je?’
‘Nou, op dit moment ben ik een beetje zenuwachtig.’
‘Hoe dat zo kindje?’
‘Ik zit in het vliegtuig en we vertrekken straks. Wil je even bij me blijven?’
‘In het vliegtuig? Alweer? Laatst was je toch ook…?’
‘Ja, klopt. Nu weer. Dat liep toevallig zo. Wil je even bij me blijven? Dat helpt me een beetje.’
‘Natuurlijk lieveling. Waar ben je geweest?’
‘Málaga.’
‘Met wie?’
‘Met Liz.’
‘Heb je het leuk gehad?’
‘Hij begint te taxiën mam; we stijgen zo op.’
‘Kindje, doe toch eens rustig. Geniet ervan. Dit vond ik altijd een van de leukste momenten, dat opstijgen. Als papa en ik op reis gingen en ik de wereld onder me steeds kleiner zag worden dan…’
‘Ik kan hier niet van genieten mam. O God, nu gaan de lichten ook nog eens uit. Alles is donker.’
‘Donker?’
‘Ja, we vliegen ’s avonds.’
‘Wat is Liz aan het doen? Waarom babbel je niet met haar? Jullie hebben altijd zoveel lol samen.’
‘Die probeert een Rubiks Kubus 2×2 voor kleuters op te lossen. Ze is er de hele vakantie mee bezig geweest. Het vliegtuig taxiet nu heel hard.’
‘Oké lieverd. Rustig aan. Gewoon kalm blijven. Schouders los, buik los.’
‘Mam?’
‘Ja pop?’
‘Als ik straks hoog ik de lucht ben, ben ik dan dichter bij je?’
‘O, schat toch. Je bent nu al dicht bij me, dat weet je toch?’
‘Maar hoe is het daar, waar je nu bent? Klopt het van dat prachtige witte licht?’
‘Veel is waar en veel is niet waar. Het is… het is nog groter dan je denkt. Het is niet te bevatten lieveling. Concentreer jij je nu maar op jouw heden. Straks komen ze langs met het karretje. Dat vond ik vroeger altijd zo leuk, weet je nog? Ik kocht dan altijd van die kleine flesjes parfum en je vader zei…’
‘We zijn los van de grond mam!’
‘Geweldig. Geniet er maar van.’
‘Hij schokt wel veel.’
‘Dat hoort erbij. Let daar toch niet zo op. Kijk maar naar buiten. Ik denk dat het erg mooi is, met al die lichtjes onder je.’
‘Nee, ik ga niet kijken. We hangen nu helemaal scheef, dat vind ik eng. Vind je het vervelend om nog even te blijven?’
‘Kindje toch. Goed, ik blijf maar ik wil graag dat je wat ontspant.’
‘Ik voel me wel steeds ontspanner worden om eerlijk te zijn. Voordat we opstegen had ik een gin-tonic gekocht, die voel ik nu een beetje.’
‘Had ik je dat verhaal wel eens verteld van oma en opa?’
‘Nee.’
‘Ze kwamen in 1972 op bezoek in Suriname; opa had die rotanwinkel op de Lanen nog en…’
‘Mam? Het vliegtuig schokt heel erg.’
‘Babbel dan wat met Liz kind, in plaats van met mij. Ik vind dit gedrag wel wat wonderlijk.’
‘Ze slaapt. Weet je wat ik zo vervelend vind? Dat ik er nooit meer achter zal komen hoe dat liedje heette dat je zo vaak zong. Waarom heb ik je nooit gevraagd hoe het heette? Het enige dat ik in mijn hoofd heb is de melodie en de manier waarop je het zong.’
‘Dat is meer dan genoeg – je hebt de herinnering.’
‘Ik heb miljarden herinneringen. Wil je trouwens aan tante To vertellen dat ik het rokje nog steeds heb dat ze voor me maakte toen ik 10 was? Ik kwam het laatst tegen.’
‘Dat zal ik doen lieveling. Mag ik nu gaan? Ik weet zeker dat het goed gaat.’
‘Ja, het schokken is voorbij. Dag liefste mam!’
‘Dag kindje! Doe je de groetjes aan papa?’
‘Doe ik. En mam?’
‘Ja kindje?’
‘Ik wil toch graag weten hoe dat liedje heet.’
‘Daar kom je heus wel achter. Ooit. Anders neurie je het maar voor oom Koos, die weet het vast wel.’
‘Dat zal ik doen. Daag mam!’
‘Dag kind!’
6 gedachten over “Het Denkbeeldige Gesprek – 2”
Ik wou dat het op zijn wangen was
ongeveer elke dag praat ik met mijn lieve vader
zonder te onderbreken
laat hij me uitspreken
dan geef ik een kus op het glas van de fotokader
Op een dag, zonder dat je er op denkt, ken je plots de titel van het liedje, Rebelleke.
Lenjef
Soms zijn twee woorden genoeg: bijzonder mooi!
Prachtig en ontroerend.
wat was het liedje ?
Ik weet het nog steeds niet! 🙁
Dan allen, voor jullie reactie! Nog een fijne avond en een gezellig weekend! (Staat de kerstboom al?!?).